Tussen kudde en natuur: leven met wolven
Terugkeer van wolven
Bijna 150 jaar lang waren wolven in Nederland uitgestorven. Tot dit roofdier de afgelopen decennia vanuit Oost-Europa langzaam westwaarts trok en zich opnieuw in ons land vestigde. Opvallend, want wolven stellen hoge eisen aan hun leefgebied. Zo moet er voldoende voedsel, rust en veiligheid zijn. Blijkbaar vinden wolven die omstandigheden ook in onze natuur, onder meer in Drenthe, waar inmiddels vier roedels wonen.
Roofdier als sluitstuk
De terugkeer van wolven staat niet op zichzelf. Ook de ‘comeback’ van de zeearend en de otter laten zien dat onze natuur weer ruimte biedt aan grotere roofdieren. “Een ecosysteem is pas gezond en veerkrachtig als er ook toppredatoren leven,” zegt Fred Prak van Natuurmonumenten. “Wolven maken onze natuur in die zin completer, daardoor vergroot de biodiversiteit en dat draagt bij aan een gezondere leefomgeving.”
Wennen na 150 jaar
Dit vraagt wel iets van onze samenleving. “We hebben in Nederland anderhalve eeuw geen rekening met grote roofdieren gehouden”, zegt Prak. “Onze schapen, paarden en runderen konden al die tijd onbezorgd en onbeschermd naar buiten. Door de komst van wolven is die zorgeloosheid er niet meer. De vraag is: kunnen wij ons voldoende aanpassen om duurzaam met de wolf samen te leven?”
Wolven in een Nederlandse context
“Een uitdaging”, ziet Joke Bijl van Staatsbosbeheer. “Samenleven met een groot roofdier is mogelijk, dat lukt in andere landen ook. Maar Nederland is geen Canada of Oost-Europa. We leven hier met 18 miljoen mensen, in een relatief klein land. En natuur gaat bij ons samen met actief natuurbeheer en recreatie. Dit zorgt voor een andere interactie met de wolf. We moeten daarom ontdekken hoe de wolf zich verhoudt tot deze context.”
Grazers als prooi
Dit zorgt voor dilemma’s. Wolven versterken de natuur, maar vormen ook een bedreiging voor grazende dieren die worden ingezet voor natuurbeheer. Prak: “Prooidieronderzoek* van de Universiteit Leiden toont aan dat wolven zich in Drenthe voornamelijk voeden met reeën, aangevuld met in de natuur grazende runderen en schapen. Juist die grazers zijn belangrijk voor de gebieden die wij beheren. Zonder schapenbegrazing zou de Drentse heide binnen tien jaar verdwijnen.”
‘Door elkaar te helpen ontstaat een aanpak die werkt. Voor mens én natuur.’
Weerbare pony’s en runderen
Dit vraagt om bescherming van grazers in natuurgebieden. En dit is maatwerk. Bijl: “Het Aekingerzand is bijvoorbeeld een uitgestrekt gebied van zandverstuivingen. Of de Elperstroom: met venen, natte graslanden en moerassen. Die kun je niet wolfwerend afrasteren. Daarom doen we in dit soort gebieden proeven met grazers die van nature weerbaar zijn: denk aan Exmoorpony’s en Spaanse Sayaguesa-runderen. Bij deze ruige rassen zit de weerbaarheid in hun DNA.”
Tijd om te leren
Uit andere gebieden weten we dat deze soorten zich kunnen beschermen tegen wolven. Bijl: “Je ziet dat ze na een paar confrontaties in een hechter familieverband gaan leven, dat ze leren om bij een nieuwe aanval effectiever terug te vechten. We onderzoeken daarom, met de universiteiten van Leiden en Groningen, hoe dit zich in onze gebieden ontwikkelt. De provincie Drenthe geeft ons, en de grazers, gelukkig genoeg tijd om te leren.”
Weerloze schapen, slimme wolven
Voor schapen ligt dit anders. “Die zijn weerloos tegenover wolven. Daarom heb je goede preventieve maatregelen nodig,” zegt Prak. “Boswachters, kuddebeheerders en herders moeten leren omgaan met de aanwezigheid van wolven. Dat kost tijd, en het is goed dat de provincie ons daarbij steunt. Want wolven blijven ons testen en zoeken naar zwakke plekken. Ze zijn slim, en wat vandaag werkt, is voor morgen geen garantie.”
Herder in spagaat
Schaapherder én natuurmens Michiel Poelenije voelt die spanning dagelijks. “Hoe sterker de natuur, hoe mooier. Als ik in het veld nieuwe soorten zie, dan word ik daar blij van. De wolf past in dat plaatje. Maar ik ben ook veehouder en hoeder van mijn kudde. In die zin heb ik liever géén wolven. Ze vormen, binnen mijn huidige werkmethode, een bedreiging voor mijn schapen en honden. Aan mij om die zo goed mogelijk te beschermen.”
Een aanval in seconden
Dat wolven ook zijn kudde in het vizier hebben, ondervond Michiel vorig jaar. “Het was een uitgekiende aanval, net op het moment dat de kudde verspreid was. Ik hoorde onrust, en binnen een paar tellen had een wolf al twee schapen te pakken. Ik rende er met een gastoeter naartoe en maakte veel lawaai. Hij liet een derde schaap los en vluchtte. Het ging zo snel, je kunt op dat moment helemaal niets doen.”
Kuddebeschermingshonden
Na die aanval veranderde Michiels’ manier van werken. “Vroeger liet ik mijn kudde uitwaaieren over de heide. Nu houd ik ze compact. Daarnaast zetten we een mix aan beschermingsmiddelen in. Met hulp van de provincie hebben we gebieden afgerasterd, ook de schaapskooi is versterkt. En ik werk met kuddebeschermingshonden. Sinds die er zijn, is er geen aanval meer geweest. ’s Nachts in de schaapskooi geeft dat ook rust.”
Wennen aan mobiele beveiligers
Deze beschermingshonden zijn indrukwekkend. ”Het zijn mobiele beveiligers van vijftig kilo,” glimlacht Michiel. “Ze schrikken wolven af, maar blaffen ook naar elke vreemde hond. Die zien ze als bedreiging voor hun kudde. Voor toeristen of mensen die wandelen met hun hond op de hei is dat wennen. Daarom is duidelijke informatie zo belangrijk. Benader de kudde niet, houd je hond kort en laat je hond niet staren naar de kudde.”
Samenwerken met de provincie
Leren samenleven met wolven is geen soloproject, benadrukken Fred Prak en Joke Bijl. “We moeten het samen doen: provincie, waterschappen, boeren, boswachters en herders. Daarom zijn we als beheerorganisaties intensief met elkaar en met de provincie Drenthe in gesprek. Niet alleen over subsidies, maar ook om kennis te delen. Alleen door elkaar te helpen en samen te leren ontstaat een aanpak die werkt. Voor mens én natuur.”
Wolven een stap voor blijven
Michiel: “Voor mij als herder blijven wolven een uitdaging voor mijn kudde en honden. Dat is een dagelijkse zorg. Wel heb ik vertrouwen dat het lukt om mijn dieren te beschermen, bijvoorbeeld met onze kuddebeschermings-honden. Maar dan moet je wel blijven samenwerken én blijven leren. Zo werkt het in de natuur ook: wie zich niet aanpast is kwetsbaar. In die zin dagen wolven ons uit om hen altijd een stapje voor te blijven.”
Zolang er wolven zijn, moeten we samen zoeken naar een goede balans
Een wolfvrije regio: dat is de ambitie van het college van de Provincie Drenthe. We zien dat de aanwezigheid van wolven veel teweeg brengt in de maatschappij. Het is begrijpelijk dat daarbij hevige emoties loskomen, van angst en verdriet tot enthousiasme. Tegelijkertijd hebben we de wettelijke taak om wolven als inheemse diersoort te beschermen. Zolang er wolven zijn in Drenthe, is het ongelooflijk belangrijk dat we leren samenleven en in gesprek blijven met elkaar. Daarom werken we met onder meer natuurbeheerders, dierhouders, herders en gemeenten aan een passende, gezamenlijke aanpak. Met oog en aandacht voor ieders belang. Daarnaast ondersteunen we dierhouders om preventieve maatregelen te nemen, zoals met de subsidie voor wolvenrasters. Ook delen we kennis met inwoners en ondernemers én faciliteren we de dialoog over wolven in Drenthe. Zo zoeken we samen een goede balans tussen mens en natuur.
