Milieueffectrapportage


Bij het ontwerpen van de ruimte-indeling in Nederland wordt gebruik gemaakt van structuur- of gebiedsvisies en bestemmingsplannen. Hierbij kan het maken van een milieueffectrapportage verplicht zijn. Een milieueffectrapportage (m.e.r.) brengt de milieugevolgen van een besluit in beeld voordat het besluit wordt genomen. Zo kan de provincie of gemeente wanneer zij een besluit neemt de milieugevolgen bij haar besluit betrekken.

imagesCAMXXDSF

Het doel van m.e.r. is om het milieubelang een volwaardige plaats te geven in de besluitvorming over activiteiten met mogelijk belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu. Om dit doel te bereiken wordt voor bepaalde projecten en plannen (die genoemd worden in het Besluit m.e.r.) een milieueffectrapport (MER) opgesteld. Hierin wordt duidelijk welke milieueffecten verwacht worden van het project of plan.

De Wet Milieubeheer kent dus m.e.r. voor:

  • bepaalde plannen (b.v. gebiedsvisie)
  • bepaalde projecten (waarvoor meestal een vergunning wordt gevraagd)

Bij het opstellen van een m.e.r. kan advies worden gevraagd van de commissie m.e.r. Dit is een onafhankelijke commissie die de provincie of een overheid adviseert (vrijwillig of verplicht) m.b.t. een op te stellen of opgestelde MER.

Voor grensoverschrijdende zaken, waarvoor een m.e.r.-plicht geldt, zijn er tussen Nederland en Duitsland afspraken gemaakt over hoe elkaar te informeren.

De wet kent een beperkte en een uitgebreide m.e.r.-procedure. In de uitgebreide procedure is er de mogelijkheid tot het indienen van een zienswijze wanneer:

  • a. een voornemen tot een m.e.r.-plichtige activiteit wordt gepubliceerd;
  • b. het ontwerpbesluit met bijbehorende MER ter inzage wordt gelegd

In de publicaties wordt aangegeven wanneer en wie een zienswijze kan inbrengen.

In een beperkte procedure heeft u alleen de mogelijkheid een zienswijze in te dienen in op het moment als bedoeld onder b.