Harry Tupan ontvangt Drentse Erepenning
Harry Tupan, directeur van het Drents Museum, heeft tijdens zijn afscheid de Drentse Erepenning ontvangen. Namens het college van Gedeputeerde Staten kreeg hij deze bijzondere onderscheiding voor zijn grote verdiensten voor Drenthe en zijn rol in de ontwikkeling van het Drents Museum.
Commissaris van de Koning Jetta Klijnsma benadrukte hoe groot de bijdrage van Tupan is geweest: “Harry Tupan heeft met zijn visie, daadkracht en liefde voor Drenthe het museum gemaakt tot wat het nu is: een icoon van onze provincie en een aanjager van culturele ontwikkelingen. Met de Erepenning willen we hem namens heel Drenthe bedanken voor zijn dromen én voor zijn daden.”
Tupan was ruim veertig jaar verbonden aan het museum, van stagiair tot directeur. Onder zijn leiding groeide het Drents Museum uit tot een publiekstrekker met internationale allure. Tentoonstellingen zoals het Chinese Terracotta Leger, de Dode Zeerollen en Frida Kahlo trokken honderdduizenden bezoekers.
Tegelijkertijd gaf hij ruimte aan projecten die het verhaal van Drenthe vertelden, zoals de exposities over geschiedenis van de Molukkers in Drenthe, de Drentse werken van Van Gogh (met de aankoop van "Het onkruidverbrandertje" en " Landschap met een boerderij") of een tentoonstelling over woonwagenbewoners. Ook bouwde het museum een indrukwekkende collectie figuratieve kunst op en ontstond er een verbintenis met Museum De Buitenplaats in Eelde.
Erepenning
De Drentse Erepenning wordt toegekend aan personen die zich op bijzondere wijze verdienstelijk hebben gemaakt voor de provincie en de Drentse samenleving. Eerder kregen onder meer Nobelprijswinnaar Ben Feringa en Dirk Mulder, oud-directeur van Kamp Westerbork, de onderscheiding.