Esdorpenlandschap Smilder Venen
Centraal in het gebied ligt een esdorpenlandschap met het gave beekdalsysteem van de Mars- en Westerstroom met percelering en houtwallen. Hier zijn de elementen van het esdorpensysteem nog in samenhang aanwezig, waarbij de kleinschaligheid is behouden. De beekdalen vertonen nog de traditionele percelering en afscheiding met houtwallen. Binnen de beperkte ruimte die de beekdalen bieden, liggen essen, groenland en dorp dicht bijeen gegroepeerd en vormen ze ruimtelijk en visueel een eenheid. De esdorpen plooien zich daarbinnen in een enigszins langgerekte vorm, en door de nabijheid van essen en beekdalen is de relatie hiermee, via de doorzichten, sterk en direct beleefbaar. Ook liggen de dorpen vaak dicht bij elkaar, waardoor de grenzende essen, vaak de overgang vormen tussen de dorpen. Naar het zuiden toe (grofweg zuidelijk van de Verlengde Hoogeveensche vaart) zijn de beken minder vertakt en hebben de esdorpen zich meer in de ruimte kunnen ontwikkelen.
Door het gebied loopt een historische (post-)weg van Coevorden naar Groningen via Rolde, die nog steeds een interlokale verbinding vormt. Een aantal dorpen hieraan komt na 1900 ook aan de interlokale tramlijn te liggen die enkele decennia dienst doet. Het zijn deze dorpen, met name Dalen, Oosterhesselen en Aalden-Zweeloo die zich verder ontwikkelen met onder andere grotere na-oorlogse uitbreidingen.
Het deel ten zuiden van de Hoogeveensche vaart is, door herinrichting in de jaren vijftig met ruilverkaveling en kanalisatie van de beeklopen, rationeler en strakker ingericht. Hier heeft vaker een omkeer plaatsgevonden in het grondgebruik. Veel esgronden zijn omgezet in weidegrond en weiden in akkerland.