Ga naar de inhoud
Direct naar
(naar homepage)
  • Home
  • Organisatie
    • Beheer- en Inrichtingsplannen
    • Projecten
    • Adressen
  • Wonen en werken
    • Bewoners
    • Ondernemers
    • Evenement organiseren
  • Ontdekkaart
  • Zoeken
Zoeken

Een kwart eeuw natuurkracht: Nationaal Park Drents-Friese Wold bestaat 25 jaar

In 2025 is het precies 25 jaar geleden dat het Drents-Friese Wold de status van Nationaal Park kreeg. Een mijlpaal die dit jaar met gepaste trots wordt gevierd. Tijdens een feestelijke bijeenkomst met wandelingen, lezingen en gesprekken stonden betrokkenen stil bij het belang van dit bijzondere natuurgebied voor mens, natuur en samenleving.

Het Drents-Friese Wold staat bekend om zijn uitgestrekte bossen, stuifzandgebieden zoals het Aekingerzand, en heidevelden. Met ruim 6.000 hectare aan bossen, vennen en heide is het één van de grootste aaneengesloten natuurgebieden van Nederland.

“Het park is in 25 jaar uitgegroeid tot een plek waar natuur, recreatie, landschap en cultuurhistorie samenkomen,” zegt Hans Haerkens, voorzitter van het Overlegorgaan Regionaal Landschap Drents-Friese Grensstreek. “Het is een gebied van en voor iedereen: bewoners, bezoekers, ondernemers en natuurliefhebbers.”

Samen sterk voor het park

Wat het Drents-Friese Wold echt bijzonder maakt, is de samenwerking. Als Nationaal Park is het een netwerk waarin Staatsbosbeheer, Het Drentse Landschap, Natuurmonumenten, de Maatschappij van Weldadigheid de provincies Drenthe en Friesland, gemeenten, waterschappen, ondernemers en bewoners samen optrekken. Dankzij die brede samenwerking bloeit het park. Daarbij is de rol van vrijwilligers onmisbaar: van natuurgidsen en educatievrijwilligers tot tellers en beheerders – zij dragen met hart en ziel bij aan natuur, beleving en kennis.

Wandeling, lezingen en gesprekken

Op de jubileum dag van het nationaal park genoten deelnemers van een inspirerende en informatieve dag in het groen. De dag startte met een sfeervolle wandeling onder begeleiding van ervaren natuurgidsen van IVN.

Aansluitend volgden lezingen een viertal lezingen met terugblikken op 25 jaar Nationaal Park Drents-Friese Wold.

25 jaar werken aan versterken van betrokkenheid

Hans Haerkens trapte als voorzitter af met een terugblik op de voorbereiding van het Nationaal Park. Hij wees op de vele visies, rapporten en investeringen in recreatieve voorzieningen en educatie die de afgelopen 25 jaar gedaan zijn.

Blijf jezelf, de kracht van een nationaal park

Saskia de Mol van Otterloo, directeur van het Nationale Parken Bureau, sprak over de “staalkaart van de Nederlandse Natuur”.

Ze gaf voorbeelden van ontwikkelingen in andere Nationale Parken. Een nationaal park in Nederland is een keurmerk voor unieke natuur en landschap. Nationale parken verbinden natuur en mensen en ze zijn aanjager voor vernieuwing. Tot slot keek ze met een “randstedelijke blik” naar het Drents-Friese Wold. “Jullie hebben hier zandpaden!” De grote diversiteit op kleine afstand valt op. Evenals de “ongereptheid” van natuur en landschap. Eindeloze vergezichten en doorkijkjes  zijn de kracht van dit gebied. “Blijf jezelf, dan heb je het Rijk niet nodig!”

Lichtgroen als perspectief

Hoogleraar Landschapsgeschiedenis Theo Spek aan de Rijksuniversiteit Groningen benadrukte de rol van mensen in natuur- en landschapsontwikkeling. Juist half cultuurlandschappen dragen bij aan het vergroten van de biodiversiteit, zo stelde hij. Om tot een integrale toekomstbestendige landschapsbenadering te komen, moeten we denken en handelen vanuit de dynamische samenhang tussen aarde, mens en natuur. We hoeven niet te kiezen tussen zelfregulerende natuur (met natuurlijke processen) en mensgebonden natuur. We kunnen beide combineren. De sterke scheiding tussen functies natuur en landbouw uit de jaren 80, zit ons wel in de weg. Donkergroene natuur versus witte (landbouw) gebieden. Terug naar principes van verweving, biedt perspectief; “Lichtgroene gebieden als koers”.

Natuurbehoud is zelfbehoud

Hoogleraar Vegetatiekunde en ecologie Joop Schaminée aan de Radboud Universiteit Nijmegen en de Wageningen University & Research ging in op de uitdagingen van vandaag. We hebben te maken met vele crisissen, waarbij de gezondheidscrisis ons misschien wel het meest zorgen moet baren. Oplossingen zijn er ook. Door een nieuwe verhouding mens-natuur en door ruimtelijk beter te plannen. We hebben een transitie in de landbouw nodig. Gezonde aarde, gezond voedsel moet weer dominant worden. Geen roofbouw, maar balans. En dat bereiken we niet met top down regelgeving, maar door maatwerk en samenwerking in de gebieden. Tot slot was zijn boodschap; het is niet OF innovatie OF terug naar de natuur – maar EN EN.

Vragen uit de zaal

In een panelgesprek gingen wethouder van gemeente Ooststellingwerf Jan van Weperen, Tjerk Hof, melkveehouder uit Oldeberkoop, Minne Wiersma, directeur Maatschappij van Weldadigheid, en Joop Schaminée met elkaar en de zaal in gesprek.

De landelijke overheid zou de regie moeten nemen op verandering. Maar de uitwerking moet lokaal en samen gebeuren.

Een Nationaal Park is geen museum van hoe het vroeger was. We laten ons wel inspireren door wijsheid uit het verleden. En de kernwaarden van een gebied van natuur en landschap wil je wel doorgeven naar de toekomst. Tjerk Hof benadrukt dat veel boeren hel bewust omgaan met middelen en water, maar helemaal zonder kan (nog) niet. Hij vraagt wat de “burger” met kritiek op de boer zelf doet? Hoe ligt je tuin erbij, wat zet je op tafel?

Gesteld wordt dat veel van de huidige politieke partijen geen oplossing bieden aan de boer. Waar moeten we in oktober op stemmen? Joop Schaminée antwoordt dat er een transitie nodig is. Dat kost tijd. Op termijn zullen EU-subsidies wegvallen. Bereiden we ons daarop voor? Vraag je af welke partij heeft een langetermijn visie die stappen zet naar meer balans.

Tot slot wordt gesteld dat we elkaar in de zaal wel vinden, maar hoe krijgen we boodschap breed gedeeld? De sleutel zit in het openstellen voor de ander – welke waarden en belangen zijn er. En kunnen we dan samen tot een oplossing komen. Daarbij moeten we waken voor een te academische boodschap. En we moeten ook niet uitstralen dat wij het beter weten.

Grote waardes, grote zorgen

Ondanks de feestelijke toon staat het park ook voor grote uitdagingen. Het Kabinet heeft per 2027 vrijwel het volledige budget voor de Nationale Parken geschrapt. En door het geld voor natuureducatie gaat al in 2026 een streep.

De Nationale Parken zijn "onaangenaam verrast" door deze bezuiniging, die haaks staat op het Beleidsprogramma Nationale Parken 2024–2030. Partners als IVN Natuureducatie vrezen voor het voortbestaan van belangrijke educatieve programma’s voor kinderen en jongeren.

Hans Haerkens: “Juist nu we werken aan een inclusieve en toegankelijke toekomst, zouden deze plannen de basis onder onze inzet wegslaan. En ook tijdens het symposium werd weer benadrukt dat we het samen moeten doen in de gebieden. Wij hebben als Nationaal Park het netwerk, we kennen elkaar. Dat mag niet verloren gaan.”

Een nieuw begin: uitkijktoren in ontwikkeling

Toch blijft het park zich vernieuwen. Een veelgehoorde wens is de terugkeer van de uitkijktoren bij het Aekingerzand. Er zijn plannen voor een nieuwe, beter toegankelijke toren, dichter bij de parkeerplaats en de zandverstuiving. Hierdoor wordt het uitzichtpunt bereikbaar voor gezinnen, ouderen, en mensen met een beperking. Staatsbosbeheer werkt op dit moment samen met de gemeenten Ooststellingwerf en Westerveld en ondernemers uit de regio aan het rondkrijgen van de financiering voor dit ambitieuze project.

Samen de schouders eronder

Het jubileumjaar laat zien hoe waardevol het Drents-Friese Wold is – en hoeveel inzet en samenwerking nodig zijn om die waarde te behouden. Ondanks zorgen over de toekomst, overheerst het gevoel van verbondenheid. Haerkens: “We vieren niet alleen 25 jaar Nationaal Park, we bouwen ook samen aan de volgende 25 jaar.”

Bekijk voor een sfeerimpressie het fotoalbum van deze dag.


Delen
  • Delen op Facebook
  • Delen op LinkedIn
  • Delen op X

Nationale parken

Nederland heeft zo’n eenentwintig Nationale Parken. In de parken zijn alle bijzonderheden van de Nederlandse natuur terug te vinden: duinen, bossen, heide, laagveen, getijdennatuur, beekdalen, vennen en nog veel meer. Gezamenlijk beslaan de parken zo'n 120.000 hectare, dat is bijna 3% van Nederland. Het Holtingerveld is geen Nationaal Park, maar vormt samen met de Nationale Parken Dwingelderveld en Drents-Friese Wold het natuur- en cultuurlandschap van de Drents-Friese grensstreek.

Contact

Provinciehuis Drenthe
Postbus 122
9400 AC ASSEN

0592 365 555

  • Cookies op deze site
  • Privacyverklaring
  • Proclaimer
  • Documentenpagina