Foto van de landbouw
De drie noordelijke provincies Fryslân, Groningen en Drenthe hebben de gezamenlijke ambitie om de top te zijn in duurzame, grondgebonden landbouw, die waarde heeft en houdt voor de bewoners van het Noorden. Om beleid te ontwikkelen en uit te voeren om de ambitie waar te maken is eerst zicht nodig op de huidige situatie in de landbouw in Noord-Nederland. Hiervoor hebben de provincies de Wageningen Universiteit de opdracht te geven om een ‘foto’ te maken van de situatie in de landbouw anno 2015 in Noord-Nederland.
Doel
Het resultaat van de opdracht moet antwoord geven op de volgende vragen:
- Wat is de huidige situatie van de primaire land- en tuinbouw in Noord-Nederland en van het bijbehorende agrocluster?
- Welke ontwikkelingen hebben zich de afgelopen tien jaar voorgedaan?
Resultaten
Alle resultaten van het onderzoek zijn opgenomen in een rapport (zie website). Onderstaand zijn een aantal resultaten uit het rapport verwoord die gelden voor Drenthe.
Algemeen
- In 2015 waren er In totaal 11.680 agrarische bedrijven in Noord- Nederland, 3.410 (29%) van deze bedrijven liggen in Drenthe.
- De toegevoegde waarde van de toekomstgerichte landbouw (landbouw en agribusiness) bedraagt in Drenthe 1,7 miljard euro. Het heeft daarmee een aandeel van 14% in de totale economie van Drenthe. Het biedt werkgelegenheid aan ongeveer 25.000 mensen, 15% van de werkgelegenheid in Drenthe.
- Van de agrarische bedrijfshoofden heeft 20% in Drenthe ook betaalde werkzaamheden buitenshuis.
- In Drenthe zijn 18,4%(aantal) van de kavels huiskavels dit is een areaal(oppervlakte) van 35,1% van de kavels. 81,6%(aantal) van de kavels zijn dus Veldkavels dit is een areaal(oppervlakte) van 64,9% van de kavels.
- Gemiddeld is in Drenthe 63,6% van de grond in eigendom bij de gebruiker. Daarnaast wordt 15,6% gepacht en is 1,9% erfpacht. De resterende 18,9 % bestaat uit tijdelijke pachtvormen.
- In alle drie provincies was gemiddeld sprake van fosfaatoverschot bij de veehouderijbedrijven. In Drenthe is de fosfaatproductie 8.800 ton, 4.650 ton is hiervan overschot. (Omdat bij het gesommeerde bedrijfsoverschot geen rekening is gehouden met negatieve overschotten (bedrijven die nog mestruimte over hebben) is dit groter dan het verschil van gesommeerde productie en gesommeerde plaatsingsruimte. Er kan dus meer mest in de regio worden afgezet dan uit deze figuur zou kunnen worden afgeleid.)
- Er is een groot inkomensverschil aangeduid tussen de gemiddelde melkveehouder van €30.000,- en de akkerbouwer van €76.000,-.
Melkveehouderij
- De positie van de melkveebedrijven is kwetsbaar; melkveebedrijven hebben een laag inkomen (iets lagere solvabiliteit dan Nederland geheel) en een lage moderniteit (vervangingsinvesteringen). Hierdoor zijn deze bedrijven weinig robuust (economisch) en zullen zij het lastig gaan krijgen bij grote noodzakelijke ingrepen zoals fosfaatrechten, krimp van vee , verlies derogatie etc.
- Driekwart van de bedrijven past in meer of mindere mate beweiding toe en in alle provincies neemt weidegang licht toe. Van de bedrijven met melkkoeien in Drenthe paste in 2015 72% een of andere vorm van weidegang toe.
Akkerbouw
- De akkerbouw staat er als sector gemiddeld genomen economisch robuust voor. Binnen de akkerbouw is er een goed inkomen voor eigen arbeid ondernemers. De sector heeft een goede uitgangspositie, met een goede solvabiliteit en moderniteit.
- In de periode 2005-2015 daalde het totaal aantal akkerbouwbedrijven in Noord-Nederland van 2.880 naar 2.440 ofwel met 15%, Drenthe: 1020 daalde met ongeveer 16% naar 860
- Het aantal akkerbouwbedrijven met gras en/of snijmais is sinds 2005 en vooral sinds 2010 sterk gestegen in de provincies Groningen (23%) en Drenthe (21%).
Grondgebondenheid
- In de akkerbouw, melkvee, opengrondstuinbouw en gemengde bedrijven is de afgelopen 10 jaar een sterke schaalvergroting qua bedrijfsoppervlakte opgetreden. Meer grond op veebedrijven betekent een toename van de grondgebondenheid als de toename in oppervlakte groter is dan de toename van het aantal dieren.
Overige
- Het totaal aantal varkensbedrijven in Noord-Nederland is tussen 2005 en 2015 met 36% afgenomen tot 158. Daarvan bevond zich in 2015 bijna de helft in de provincie Drenthe.
- Bij vleeskuikens daalde het aantal bedrijven met 24% tot 174. De afname was het sterkst in Drenthe, namelijk met een derde tot 54.
- Het totaal aantal glastuinbouwbedrijven in Noord-Nederland is tussen 2005 en 2015 met meer dan de helft afgenomen tot een kleine 100. Dat aantal is ongeveer gelijk verdeeld over de drie provincies. In Drenthe was de daling het sterkst, namelijk met twee derde. Van de ruim 100 bedrijven in 2005 waren er in 2015 in deze provincie nog 36 over.
Looptijd
Januari 2017 - April 2017
Website
Het rapport en de bijbehorende kaarten zijn te vinden op de website: www.wur.nl/nl/Expertises-Dienstverlening/Onderzoeksinstituten/Economic-Research/show/Landbouwsector-is-voor-Noord-Nederland-belangrijke-tak.htm