Cultuurfonds Drenthe steunt 25 projecten voor € 71.751


Het bestuur van het Prins Bernhard Cultuurfonds Drenthe heeft in de tweede vergadering van 2022 € 71.751 beschikbaar gesteld voor de ondersteuning van 25 projecten op het gebied van cultuur en natuurbeheer in Drenthe. Deze projecten zijn initiatieven van stichtingen en verenigingen van amateurs en vrijwilligers.

Het Cultuurfonds Drenthe werkt aan de hand van landelijke richtlijnen. Bijdragen worden beschikbaar gesteld voor bijzondere activiteiten van en voor amateurs en vrijwilligers. Voor activiteiten van en voor inwoners van de gemeente Tynaarlo kan het Cultuurfonds Drenthe een bijdrage uit het Jenny Vrieling Fonds beschikbaar stellen. Meer informatie is te vinden op http://www.cultuurfonds.nl/drenthe.

In 2022, op 14 oktober en 16 december behandelt het bestuur van het Prins Bernhard Cultuurfonds Drenthe nieuwe aanvragen, die tot 6 weken vóór die datum online kunnen worden ingediend.

In de bijlage bij dit persbericht (pdf?handheld=true, 105 kB) staat aangegeven voor welke projecten een bijdrage is toegekend door het Cultuurfonds Drenthe.

Drie opvallende projecten zijn:

Publicatie ‘Verdwenen-Gebleven-Verschenen’

Stichting werkgroep Florakartering Drenthe kan rekenen op een bijdrage van € 4.000 voor de uitgifte van de publicatie 'Verdwenen-Gebleven-Verschenen. De veranderingen in de Drentse flora sinds 2000'. Op 19 november 2022 zal het eerste exemplaar verschijnen. In 1999 heeft de Werkgroep Florakartering Drenthe (WFD) in samenwerking met de provincie Drenthe de Atlas van de Drents Flora uitgebracht. Het was de eerste regionale flora-atlas in ons land. In 2001 heeft de stichting het WFD-florameetnetproject gestart. Daarvoor zijn 521 km-hokken op vergelijkbare manier als voor de atlas opnieuw geïnventariseerd. De resultaten uit dat project, aangevuld met gevalideerde gegevens uit andere bronnen in de Nationale Database Flora en Fauna (NDFF) over de periode 2001-2020, worden vastgelegd in het geplande boek. Ze hebben een aantrekkelijk vormgegeven boek voor ogen dat een beeld geeft van de veranderingen in de Drentse flora sinds de eeuwwisseling.

Tentoonstelling 250-jarig ontzet van Coevorden

Stichting Stedelijk museum Coevorden kan rekenen op een bijdrage van € 5.000 voor de tentoonstelling 350-jarig ontzet van Coevorden, de opening van de tentoonstelling staat gepland op 8 oktober 2022 in Coevorden. Een belangrijk onderdeel van dit project is de jubileumtentoonstelling over de bezetting en bevrijding van Coevorden. De opening vindt plaats in de Hervormde kerk; de plek waar zowel Rabenhaupt als Van der Thijnen zijn begraven. Ook in 1672 stond de kerk er al en was getuige van het ontzet. De tentoonstelling zelf zal te zien in het museum; gevestigd in het Arsenaal. Daarmee leggen ze een verbinding tussen twee belangrijke historische gebouwen in de stad Coevorden. In het Stedelijk Museum Coevorden wordt er verteld over de historische achtergrond van het Rampjaar 1672 in Nederland, de bezetting, de gewaagde ontsnapping van Van der Thijnen en de strategische bevrijding van Coevorden. Daarnaast zal er aandacht besteed worden aan de beruchte persoon Bommen Berend. Deze bisschop van Münster en Keulen probeerde na de verovering van Coevorden in juli 1672 Groningen in augustus ook in te lijven maar dat mislukte. Carl Rabenhaupt sloeg als legeraanvoerder de aanval op Groningen af en werd later dat jaar één van de helden van Coevorden door de stad te bevrijden van Bommen Berend. Daarmee was de link tussen Groningen en Coevorden gelegd. Ook bij deze tentoonstelling in het Stedelijk Museum Coevorden is er de verbinding met Groningen gelegd. Ze trekken samen op binnen het project GO350 en bij deze tentoonstelling besteden ze bijvoorbeeld aandacht aan de reis van Meijndert van der Thijnen van en naar Groningen, krijgen ze bruiklenen vanuit het Groninger Museum en hebben ze samen het transport geregeld van een aantal topstukken, waaronder het schilder van Pieter Wouwerman uit het Rijkmuseum. Deze samenwerking benadrukt de importantie van de verbinding tussen Coevorden en Groningen en het belang van het ontzet van Coevorden voor de noordelijke Nederland.

‘De Drentse Vlaggenhijsers’

Stichting Taribush Festivals kan rekenen op een bijdrage van € 10.000 voor muziektheaterproductie 'De Drentse Vlaggenhijsers'  in het voorjaar van 2023 in Drenthe. De Drentse Vlaggenhijsers is een artistiek- en maatschappelijk project voor, door en over de (gewone) Drent, ontwikkeld door 3 jonge makers uit Drenthe. Zij gaan op zoek binnen Drenthe naar de verhalen achter de Drentse Vlaggenhijsers. Wie is nou eigenlijk de Drent? Waarom hijs je de Drentse (of zelfs eigen) dorpsvlag? De (levens)verhalen zullen op een artistieke wijze worden vertaald naar een documentaire, theaterstuk, muziek & een grafisch/illustratief boek, die uiteindelijk worden gebundeld tot één film/theater/muziek-productie. De eindproductie zullen de makers in de participerende gemeenten gaan opvoeren. Er wordt een basisproductie ontwikkeld door de 3 makers, waarin er nog ruimte is voor lokale (amateur)makers, spelers, kwaliteiten & toevoegingen. Centraal staat namelijk het betrekken van de lokalen per opvoering in een gemeente. Zowel bij de productie als bij het evenement. Het wordt een project over je omgeving, verbondenheid en identiteit, regionalisme, culturen & erfgoed. Het project is ontwikkeld en wordt grotendeels uitgevoerd door de 3 jonge makers uit Drenthe: documentairemaakster/illustrator Okki Poortvliet (23, Odoorn), vormgever/social designer Vera Vos (23, De Wijk) en theatermaker en singer songwriter Hans van der Werf (24, Echten).

Over het Prins Bernhard Cultuurfonds

Het Prins Bernhard Cultuurfonds brengt mensen, werelden en ideeën samen om cultuur te laten leven. Dankzij onze bijdragen, fondsen en prijzen ontstaan nieuwe culturele initiatieven en wordt cultureel erfgoed behouden. Dat doen we met schenkers en makers, liefhebbers en experts, bedenkers en beschermers. En met de bijdrages van de VriendenLoterij, de Nederlandse Loterij en van al onze donateurs. Het Prins Bernhard Cultuurfonds Drenthe is een van de twaalf provinciale afdelingen.