Werking Drentse ruilsysteem


Ruimere teeltrotatie heeft een positief effect op het bodemleven en de plantziektedruk. Het is de sleutel tot minder gebruik van gewasbeschermingsmiddelen. Samenwerking tussen akkerbouw en veehouderij maakt een ruimere teeltrotatie mogelijk.

Op de Drentse zandgrond is dat vanwege bodemvruchtbaarheid al generaties gangbare landbouwpraktijk. Daarbij levert een gezonde bodem een positieve bijdrage aan CO2-opslag en biodiversiteit. Het bodemleven is immers de basis van de voedselpiramide.

Samenwerken sluit haast naadloos aan bij hedendaagse landbouwvisies van onder meer LNV en Brussel

Landbouwvisie

Samenwerking tussen akkerbouw en melkveehouderij past heel goed binnen klimaat- en biodiversiteitsdoelen en sluit haast naadloos aan bij hedendaagse landbouwvisies van onder meer LNV, Brussel en natuur- en marktorganisaties. Unilever bijvoorbeeld, noemt gewasrotatie als eerste speerpunt bij regeneratieve landbouw.

Voordeel voor boer én biodiversiteit

Meer dan 50% van de Drentse landbouwgrond wordt met een ruime gewasrotatie, gebruikt voor de teelt van zowel akkerbouw- als veehouderijgewassen. Op het Drents Plateau is dat zelfs ca 80 % Dit gebeurt op gemengde bedrijven of door onderling ruilen tussen akkerbouwers en melkveehouders.

Samenwerking tussen akkerbouw en melkveehouderij past heel goed binnen klimaat- en biodiversiteitsdoelen

Hoe werkt het?

Bij ruilen blijft het areaal van akkerbouwer en veehouder gelijk. Toch kunnen zij hun gewassen laten roteren over een groter areaal dan enkel hun eigen hectares. Door de gewasrotaties namelijk over beide arealen te laten lopen maken de ondernemers een ruimere vruchtwisseling mogelijk. Veehouders telen dan gras of voergewassen op grond van de akkerbouwer. Akkerbouwers telen akkerbouwgewassen op ruilpercelen van de melkveehouder. Hierdoor krijgt de bodem meer variatie aan gewassen. Dit is goed voor het bodemleven en gras werkt hierbij als een rustgewas.

Deze animatiefilm in de rechterkolom brengt helder in beeld hoe de Drentse samenwerking werkt.

Door percelen van twee of meer boeren bij elkaar te brengen, roteren er meer verschillende gewassen over een groter areaal grond

Regio-kringloop

Bij de samenwerkingen waarover we hier spreken zijn vaak meer dan 2 bedrijven tegelijkertijd betrokken. Ieder is verantwoordelijk voor de teelt van zijn eigen gewassen, samen zijn de boeren verantwoordelijk voor de bodem van alle percelen. Daarom maken ze afspraken over de volgorde van de gewassen, de kwaliteit van de mest, onkruidbeheersing en momenten van bewerking. Zo onderhouden zij sámen een regio-kringloop van mest, akkerbouwgewassen en voer. Door de ruimere teeltrotatie kunnen alle partijen beter sturen op organische stof, ziektegevoeligheid en algehele bodemkwaliteit.